Nieuwe alinea

Lekkere kersen

Hans Schoevers • 17 juni 2025

De kersen van vroeger smaakten veel beter

Het gesprek ging over kersen. Mijn tafelgenoten stonden stil bij de nu gangbare kwaliteit ervan. ‘Ze zijn hartstikke hard, hebben nauwelijks nog smaak en het is meer pit, dan kers. Je kan er iemand mee doodschieten’. ‘We eten ze niet meer’


Ineens belandde ik in één van mijn prilste jeugdherinneringen. Ik zal een jaar of 4/ 5 geweest zijn.

Ik werd in het kinderzitje, achter op de fiets van mijn moeder getild. Vanuit Hilversum, met moeder en vader, op een tocht waar geen einde aan leek te komen. 

‘Wat staat daar’ vroeg ik , wijzend naar een blauw bord. ‘Bunnik’ zei moeder. ‘Nog even Hansje, we gaan zo lekker kersen eten’. Ik hoorde dat woord waarschijnlijk voor het eerst.


Wij stopten bij een boomgaard met tafels en banken. Bij een soort marktkraam kon je bakjes kersen kopen. Zo uit de boom. Er klonken knallen; geweerschoten. Die waren voor spreeuwen. Er waren meer kinderen. Fijn spelen en…….heerlijk kersen eten.


Ik herinner mij de grote, zachte, heel lekkere vruchten met een steeltje waarmee ik ze in mijn mond stopte. Veel ‘lekkerder’ dan een lolly. En …….pitten die je fijn in de richting van aanwezige leeftijdsgenoten kon spuwen. Maar een vervelend kakkertje spuwde telkens, met opzet, pitten op mijn nieuwe blouse. Ik werd door mijn moeder bestraffend toegesproken. ‘Kijk nou, dat krijg ik er in de was niet uit.’ Wat een ettertje, die pittenspuwer. Ik zorgde uiteindelijk voor één mooie ronde vlek op zijn irritant witte overhemdje. Jankend ging hij naar zijn ‘moe’. Ik at nog een paar overheerlijke verse kersen. Die smaak vergeet ik nooit meer.


Maar waarom zijn de kersen tegenwoordig dan zo anders? Ik vermeld drie, van heel vele, negatieve kersen-spreekwoorden uit de encyclopedie:


‘Iemand kersen geven’ voor: Iemand een pak slaag geven.

Met iemand aan de kersen moeten’ voor : een appeltje met iemand te schillen hebben.

Het is kwaad kersen eten met grote heren, want ze kiezen altijd de grootste kersen en gooien de pitten in je gezicht.’


Hé, dat laatste gaat over het kleine rot-kakkertje; grote heer geworden. Dát is de bederver van het kersenimago! 


Het imago kunnen we opvijzelen.

* Komend weekend begint de kersentijd. Ga erheen!

* Ik nodig mijn tafelgenoten uit, om mee uit te gaan.

* In Bunnik zijn nog steeds boomgaarden, zoals toen’

* Naar zeggen: zijn de kersen net zo lekker als 74 jaar geleden.


Een tip: Bezoek geen kersenboomgaard met een kak-Ferrari voor de deur. Dit ter bescherming van je nieuwe bloes..